We begonnen heel idealistisch met een open medicijnkast’

Vijftig jaar geleden opende Pameijer de eerste Beschermde Woonvorm in de Julianalaan in Kralingen. Rieme Wouters (76) werkte er vanaf het begin. ‘Het was echt pionieren wat we deden.’

In de Beschermde Woonvorm woonden chronisch psychiatrische patiënten. Zij leerden er om na langdurige opname weer deel te nemen aan de maatschappij. Rieme: ‘De bewoners konden er een jaar wennen aan het leven in de stad. Daarna gingen ze begeleid zelfstandig wonen. Het beschermd wonen was een tussenvorm en heel nieuw destijds.’ In het huis woonden tussen de 12 en 20 veelal jongere mensen, tot ongeveer 40 jaar. Ze werden begeleid door een psychiater, psychologe en creatief therapeute.

Familie

Rieme kwam er werken als staflid. ‘Je zou kunnen zeggen dat ik een geschoold begeleidster was. Ik had een verpleegkundige opleiding gedaan. Toen ik werd aangenomen was het belangrijk dat ik niks van psychiatrie afwist. In de jaren 70 was er namelijk sprake van een anti-psychiatrie beweging in Nederland.’.

Hoe dat er in er in de praktijk uitzag? ‘Heel idealistisch. We begonnen met een open medicijnkast. Totdat iemand zich eraan vergreep uiteraard. Alles was heel laagdrempelig. We deden veel met z’n allen. Zo gingen we weekenden op stap en avondjes met elkaar dansen. Bewoners kwamen ook bij mij thuis. Het was eigenlijk één grote familie, heel bijzonder.’

Acceptatie

Rieme vond het een voordeel dat ze geen voorkennis van de psychiatrie had. ‘Het was fijn om zonder vooroordelen te beginnen. Ik heb de bewoners als mensen leren kennen en benaderde hen ook zo. Ik wist bijvoorbeeld niks van schizofrenie of anorexia. Daardoor heb ik van de bewoners zelf geleerd wat de kenmerken zijn van hun psychische stoornis. En hoe het is als je dat in je leven hebt. Ze gingen anders met gewone dingen om en als begeleider probeer je dat te snappen. We hadden geen discussies, het ging over acceptatie. Dat de bewoners zijn wie ze zijn.’

'Het was ook nog niet de tijd van
rapporten invullen. Het was echt
pionieren wat we deden.’

Creativiteit

Vooruitstrevend was het wel, om destijds een Beschermde Woonvorm in een nette buurt te plaatsen. Dat vindt ook Rieme. ‘Maar er was weinig om te doen. Natuurlijk ging er wel eens iets niet goed, maar dat was alleen intern. De buurt merkte het niet. Er heeft wel eens een bewoner met een broodmes tegenover me gestaan. Maar ik laat me niet opjutten, dat heb ik daar geleerd. Werken op de Julianalaan vroeg om veel creativiteit. Je sprong in op wat er zich op dat moment voordeed. Het was ook nog niet de tijd van rapporten invullen. Dat kwam later pas. Het was echt pionieren wat we deden.’

Aandacht

Rieme werkte 7 jaar op de Julianalaan. Inmiddels is ze gepensioneerd maar heeft ze nog vele jaren in onder meer het maatschappelijk werk en de psychiatrie gewerkt. ‘Vroeger werd er weinig aandacht besteed aan familie en de band met thuis. Dat is nu gelukkig beter georganiseerd.’ Werken in de Beschermde Woonvorm vond ze een buitengewoon leuke baan. ‘Ik heb er geleerd om de theorie met de praktijk te verbinden. Daar heb ik de rest van mijn carrière wat aan gehad.’